Word zuster
Sommige mensen vinden een soort roeping in hun droombaan. Anderen vinden geluk in een partnerschap of gezin. En dan zijn er mensen die zich afvragen: Wat als er meer is? Is er misschien een andere weg voor mij?
Zuster worden - een bijzondere roeping
God heeft een plaats voor ieder van ons. Voor sommigen is religieuze worden de juiste weg - een levenslange weg.
Iedereen die zuster wil worden in onze congratieis welkom. Ongeacht haar opleiding, vaardigheden en interesses. Natuurlijk moet ze zich wel kunnen identificeren met onze waarden.
Meer over ons en onze waarden:
Zuster worden - Zo ziet het pad er bij ons uit!

Postulaat
Het begin van het postulaat is de officiële intrede in de gemeenschap en het begin van de eigenlijke opleiding. Deze eerste fase is echter zeer individueel. Het is bedoeld om een basis te leggen voor de geestelijke vorming in het noviciaat: Basiskennis van het christelijk geloof wordt in de groep aangevuld, er zijn eerste inleidingen in de religieuze theologie en geschiedenis, een kennismaking met onze gebedspraktijk, regelmatige bezinningssessies met de postulaatsbegeleidster en ook praktische opdrachten om de eigen mogelijkheden te testen en grenzen te verleggen.
Wanneer de postulante klaar is om met de eigenlijke geestelijke vorming van het noviciaat te beginnen, vraagt zij de zusters of zij het ermee eens zijn. In de regel is de samenwerking dan al zo ver gevorderd dat beide partijen vinden dat het tijd is voor de volgende stap.
Noviciaat
Het noviciaat duurt twee jaar. Het eerste jaar is het zogenaamde "canonieke jaar" voorgeschreven door het canonieke recht. Het is uitsluitend gewijd aan spirituele vorming. Novicen in het canonieke jaar mogen slechts vier tot vijf uur per dag praktische, meestal huishoudelijke, bezigheden verrichten die hun aandacht niet langer vasthouden.
De nadruk ligt dit jaar op onze eigen relatie met God en bezinning op onze eigen relatie met mensen. Dit gebeurt via:
- Lessen
- Deelname aan de diensten van de gemeenschap
- vaste tijden voor eigen meditatie en persoonlijk gebed
- Regelmatige gesprekken met de novicenmeesteres
- Uitwisseling en gezamenlijke activiteiten met de andere novicen
In het tweede jaar van het noviciaat zijn er minstens twee langere stages. Hierin kan de novice uitproberen wat haar werkterrein zou kunnen zijn na het noviciaat. Bovenal leert ze het intense spirituele leven van het eerste jaar te combineren met werk en de eisen van het gemeenschapsleven. Als de novice besluit in deze gemeenschap te blijven, vraagt zij om toegelaten te worden tot de congregatie.


Tijdelike binding
De binding geldt telkens voor drie jaar en is juridisch bindend. Een zuster met tijdelijke binding neemt deel aan alle bijeenkomsten van de gemeenschap: zij draagt bij met al haar capaciteiten en geniet actief stemrecht op alle niveaus.
De eerste drie jaar van de binding maken nog deel uit van de religieuze vorming. Gedurende deze tijd wordt de jonge zuster nog steeds intensief begeleid. Er wordt in het bijzonder op gelet dat zij haar evenwicht vindt en behoudt in de eisen van gemeenschap, werk en geestelijk leven. Daarna is de vormingsperiode voorbij en beslist de zuster of zij nog tijd nodig heeft voor haar definitieve beslissing en haar binding hernieuwt (zij kan dit nog twee keer doen), of dat zij zich volledig aan God wil toewijden in eeuwige professie en zich ter beschikking stelt van de gemeenschap.
Eeuwige professie
In de eeuwige professie verbindt een religieuze zich levenslang aan haar gemeenschap.
Vóór de levenslange verbintenis in eeuwige professie, die op zijn vroegst op 24-jarige leeftijd mogelijk is, is er een proeftijd van ten minste één jaar noviciaat en ten minste drie jaar tijdelijke professie.
Tijdens het noviciaat en na afloop van een tijdelijke professie is het verlaten van de religieuze gemeenschap zonder enig probleem mogelijk. Maar na de eeuwige professie moet de paus dit toestaan.
